In Vlaanderen noemen ze mij een Vlaamse Koehond, omdat ik daar gefokt ben als koeiendrijver, waakhond en karrentrekker. In Nederland zeggen ze Bouvier. Ik ben 9 jaar geleden geboren in Loosdrecht bij Caya's Home. Teefje. Mijn moeder is Sweet Pea en mijn vader heet Kokomo. Nu woon ik in Hilversum, vlak bij hei en bos en schrijf ik dit heideblogje. Grote zwerfwandelingen zijn mijn ding. Lees ook de archieven en zegt het voort! Klik op de foto's om ze te vergroten.
vrijdag, december 17, 2004
Het bos met de vliegtuigen.......
Werden we ineens de deur uitgegooid. Die Bolle (m’n baas) en ik. Door Harmanna. Moeve, riep ze. Buiten keken we elkaar aan. Ze ging iets doen waar ze ons niet bij kon gebruiken, dat begrepen we ook wel, maar wat moeten we nou gaan doen. Een grote wandeling, altijd leuk, maar we hadden deze week al grote wandelingen gemaakt over de hei, bij de Generaal in Baarn en dwars door het Spanderswoud. Weet je wat, riep die Bolle, het bos met de vliegtuigen. Het bos wat??!! In de auto legde hij het uit. In zijn column in VN had Herman Koch (Jiskefet) jaren geleden geschreven dat zijn zoontje het Amsterdamse Bos 'het bos met de vliegtuigen' had genoemd. Omdat ze daar zo laag overvlogen dat je ze bijna kon aanraken. Bij ons boven de hei vliegen ze toch ook laag, riep ik nog, Geen vergelijk, zul je zo zien en horen was het antwoord. Nou, een hartstikke leuk bos. Dat in ieder geval. Grote stukken met bomen en struikgewas om doorheen te rennen en dan weer grote grasvelden langs vijvers waar je de overkant nauwelijks kan zien. Mieters. Pootje baden en zwemmen dus. En hartstikke veel honden. Allemaal dames die wel vier of vijf honden uitlieten en jonge meisjes met meer dan tien honden. Eentje had achter op haar jas ‘Outlet Service’ staan. Ha, riep die Bolle, kun je zien hoe sjiek jij bent, jij hebt een outlet service helemaal voor jezelf. Geen idee waar hij het over had. En natuurlijk veel fietsers en een paar joggers en zelfs paarden met ruiters. En allemaal loslopen! Leek een beetje op het Vondelpark maar dan heel veel groter. Op een gegeven ogenblik kon ik geen hond meer zien. En dat wil wat zeggen. Toen we langs de geitenboerderij liepen riep hij, speciaal voor jou. Omdat ik overal boven op klim noemt hij mij een geit. Maar wat ziet, loslopende hangbuikzwijntjes. Voor jou dus, riep ik vals. Ruim anderhalf uur gelopen, geen vliegtuigen. Niet eentje. Nou hing er een stevige mist, maar als er zo’n ding overvliegt schijnt horen en te zien je te vergaan. Plotseling hoorden we boven een hele hoop kabaal. Kakelen en gakken. Vlogen er wel honderd ganzen heel laag in drie formaties over ons heen. Prachtig gezicht, betekent dat het nu echt winter wordt. Maar geen vliegtuig gezien.
Toen we na de lunch weer thuiskwamen, rende ik verwachtingsvol naar binnen. Kijken waar ze ons niet bij kon gebruiken. En wat stond daar………… verrek dat ding ken ik. (Wordt vervolgd.)