woensdag, februari 21, 2007

Aswoensdag

Wat een gedoe. Post ik de vorige blog, moet ik ineens overschakelen van de gewone Blogger naar Google. Heb daar al een account, maar dat ging natuurlijk helemaal mis. Enfin, daar ben ik weer. Geknipt en wel. Het was gisteren Salon Kitty dag. Bij Caya ja. Ook even naar het nieuwe nest van mijn vader Kokomo en mijn moeder Sweet Pea gekeken. Schattig toch die pups. Beeldig. O ja, moest van Caya zeggen dat ze nog een teefje over heeft. Mijn halfzusje dus. Wordt vast net zo'n leuke, hartelijke, aanhankelijke mooie meid als ik. Nee niet die Bolle bellen. Die denkt daar soms heeeeel anders over. Helemaal afhankelijk van z´n stemming. Zeker na de vorige blog over Bolle Oblomov, hahahaha.... Ga maar meteen naar Caya. Je moet wel eerst de waarschuwing lezen! Don´t by a bouvier......... Waar was ik? O ja, aswoensdag en dichters. Lijk ik die Bolle wel met z´n omwegen. Roept Harmanna altijd, niet over Peize naar Groningen. Roept die Bolle terug, dat is voor Groningers een omweg ja, maar van Hilversum uit is dat bijna een rechte lijn. Dichters zei ik. Nee, niet weer Levi en Weemoed. Vandaag de grootste Nederlandse dichter van de vorige eeuw. Vond die Bolle toepasselijk om op aswoensdag de aforismenbundel van Lucebert te kopen. ´Wie wil stralen die moet branden..........´ Playboy? O ja, Heleen van Royen, dat wilde ik echt vertellen over boetedoening op aswoensdag. Klikken op de foto om te vergroten. Die Bolle riep vroeger heel vaak dat ik stout was. Nou dat schijnt niets vergeleken te zijn met de dingen die Heleen van Royen, journalist, en Marlies Dekkers, lingerie ontwerpster, hebben gehoord van een heleboel bekende Nederlandse vrouwen. En seks is niet eens de hoofdmoot. Die zijn de omfloerste zwoele ogen en zachte poten (zie Oblomov) allang voorbij. Kunjenagaan. Allemaal opgeschreven. Het boek heet, precies, STOUT. Lezen dus, hardstikke leuk. heb het bijna uit. (Zie ook Youp van't Hek in NRC.) Nu hard toe aan een Second Life. (Verwacht next Blog.)

Oblomov

Hiernaast? O, dat is Oblomov, zo heet het favoriete standje van die Bolle. Nee, heeft niets met sex te maken, dat zit zo. Die Bolle is een redelijk bewegelijk baasje. Is zelfs als’ie niet druk aan het werk is met van alles bezig. IJverig is te veel gezegd, beweeglijk is het goeie woord. Maar zoals alle mensen die heel hard kunnen werken is hij eigenlijk ontzettend lui. Dan zit hij het liefst onderuitgezakt op de bank, met een boek in zijn ene hand en een glas wijn in z’n andere, dromerig in de verte te staren. Helemaal niets doen. En dat houd hij uren vol. Noemt hij z’n…. standje Oblomov. Dat schijnt een aartsluie Rus uit levensoveruiging te zijn. Wereldberoemd geworden. Zijn boeken en toneelstukken over geschreven, films over gemaakt. Denken jullie natuurlijk, o wat zielig voor Yka. Niks buiten spelen, niks lange wandelingen. Ook de hele dag nietsdoen. Maar dan hebben jullie het helemaal mis. Want bij dat standje Oblomov komt iets naar boven waar die Bolle anders helemaal absoluut geen last van heeft: Schuldgevoel. En schuldgevoel heb ik in de afgelopen jaren als brave hond geleerd, is het mooiste handvat om mensen mee te manipuleren. Naar jouw poten te laten dansen. Is dat beweeglijke Bolle baasje een leuke wandelaar en heb ik helemaal niets te klagen, als hij zich schuldig voelt tegenover mij, kleed hij zich razendsnel aan, springen we in de auto, scheuren naar een groot bos ergens in Nederland en zijn dan tenminste, meestal meer, twee uur op pad. Jullie vragen nu natuurlijk, lieve Yka, hoe flik je dat? Zal ik zeggen. Moet je eerst oefenen voor de spiegel. Zoek je trouwste, zachtste, meest omfloerste, tragische oogopslag. Zal even duren, maar je hebt het in je, echt geloof me. Daarmee ga je, zonder dat hij het merkt, voor hem zitten. (Hij kijkt dus dromerig over je heen. Zie boven.) Heel langzaam til je je poot op en legt die hééééél zachtjes op z’n knie. Niet zo’n keiharde klap dat hij bijna auw gvd roept, nee alsof de laatste krachten in je arme lichaampje het begeven. Dit moet je ook eerst oefenen. Neem een leeg sigarettenpakje en leg dat zo op de rand van een stoel dat de helft er buiten steekt. Leg dan je poot voorzichtig op het uitstekende gedeelte zodat het wel meegeeft maar niet van de stoel valt. Niet makkelijk maar gewoon doen. Ook dat heb je in je. Haal het er uit. Hij beweegt. Geïrriteerde reactie. Alsof hij een vlieg van z’n knie wil slaan. Voelt dan je poot en kijkt superverbaasd recht in die mooie, omfloerste enzovoort ogen van je. Houd je vast. Het schuldgevoel explodeert met een gierende klap en schiet dwars door dat bolle lichaam tot achter zijn blauw ogen en stoomt zijn oren uit. YES…YES.…. de rest weet je. En als die Bolle dan ’s-avonds doodmoe op de rand van zijn bed zit zegt hij halfluid het volgende gedichtje op:

Ik doe niet veel, 'k breng dagen door
met puntenslijpen; 'k weet van vóór
nauw'lijks dat ik van acht'ren leef
noch wat voor zin of nut het heeft.

Als 't puntje goed is, zet ik hier
of daar een krul op papier.
O, 'k schaam mij wel eens: uit mijn hand
kwam nooit iets nuttigs voor het land!

Soms, onder 't slijpen, groeit de wens
actief te zijn, een actie-mens.
Maar zie ik dan, op 't laat journaal,
dat hol gesjouw, dat leeg kabaal,

dan denk ik weer op de rand van 't bed:
'Vandaag één krul te veel gezet'.

Dan draait Harmanna zich half om en roept: ga slapen jòh ……………

(Contraprestatie. Gedicht van Levi Weemoed. Uit: Zand er over.