
Nachtschaatsen
Ik heb gedoken in de scherpste naden
tussen minuten, korrels van seconden
zwart op het glimmen der gebroken paden
van albumglas en glazerslood gevonden
waarop ik mager weg begon te waden
waarheen op zoek naar het voortvluchtig wak
van warme inkt onder een vlies van ijs.
Wij schaatsen ieder op een paginadun dak
tussen hemelhel en peilloos paradijs
straks ieder omslaand met het eigen vlak.
Ik hoor ons krassen want ik zie de sporen
die onze stijve benen achterlaten
en doen verflauwen uit het meegaand licht
zoals het kielzog van de wind doet horen
hoe ook de oceaan een plein van straten
naar het wisselend verdwijnpunt richt.
Leo Vroman (1915)
uit: Fractaal (1987)